
TEKST: ANS MEIBORG. FOTOGRAFIE: STUDIO OOSTRUM
Suzanne Klüver, conservator kunstnijverheid, en David de Haan, conservator kunstcollecties, zijn verantwoordelijk voor de samenstelling van de nieuwe tentoonstelling over art nouveau, art deco en de nieuwe zakelijkheid in Museum Prinsenhof Delft. Suzanne: “Het is bijzonder hoe een relatief kleine provinciestad als Delft zich rond 1900 ontwikkelde tot het centrum voor kunst en kunstnijverheid in ons land. Dat komt door de wisselwerking tussen de Polytechnische school (nu Technische Universiteit Delft), enkele vooruitstrevende ondernemers en de ambachtelijke kunstnijverheidsbedrijven. Drie partijen die samen een stempel drukten op de ontwikkeling van de toegepaste kunst. Heel anders dan in Amsterdam of Den Haag, waar vooral de individuele kunstenaars het beeld bepaalden. Het samenspel tussen deze drie sectoren is uniek en kan ook wel een ‘Delfts wonder’ genoemd worden.”
Onderwijs en industrie
Aan de Polytechnische school studeerde je architectuur, scheikunde of bouwkunde, maar kon je ook akten halen voor tekenen of boetseren. Zowel toekomstige industriëlen als jonge kunstenaars, volgden er onderwijs. Suzanne: “Ze hadden elk hun aandeel in het artistieke klimaat van de stad, ofwel als opdrachtgever,ofwel als uitvoerder. Een mooi voorbeeld is Jacques van Marken (1845 –1906), oprichter van de Nederlandse Gist- & Spiritusfabriek (1869) en de Nederlandse Oliefabriek (1883). Hij vroeg beeldend kunstenaar Jan Toorop (1858 –1928) om een affiche te ontwerpen voor slaolie. Dit zogenaamde slaolieaffiche uit 1894 geldt tegenwoordig als een icoon en leverde de Nederlandse art nouveau zelfs de bijnaam ‘slaoliestijl’ op.”
Het complete artikel in te lezen in Delfts Leven Magazine.

Art Nouveau | Nieuwe Zakelijkheid | Delft
Kunst, kennis en industrie
De tentoonstelling is te zien tot en met 26 augustus in Museum Prinsenhof Delft, Sint Agathaplein 1 in Delft.